De termijn waarbinnen een bestuursorgaan moet beslissen op een verzoek op grond van de Wet open overheid (Woo) is vier weken en mag eenmalig met twee weken worden verlengd. Bij omvangrijke verzoeken is deze termijn vaak niet haalbaar. De verzoeker kan dan beroep bij de bestuursrechter instellen wegens niet tijdig beslissen. De rechter bepaalt dan een termijn waarbinnen alsnog een besluit dient te volgen, op straffe van een dwangsom.
In een zaak waarbij openbaarmaking was gevraagd van documenten over de vuurwerkrampen in Enschede en Culemborg, ging het om veel documenten die deels handmatig gezocht moesten worden. De Minister kreeg dat niet binnen de voorgeschreven termijn voor elkaar. In haar uitspraak van 19 juli 2023 (ECLI:NL:RVS:2023:2796) overweegt de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State dat er in dit soort zaken twee tegenstrijdige belangen spelen. Iemand die een Woo-verzoek doet, moet deze informatie binnen een redelijke termijn krijgen maar de inhoud moet ook zorgvuldig zijn beoordeeld. De Afdeling zelf verwoordt het als volgt: “De rechter stelt een nadere termijn die niet onnodig lang, maar ook niet onrealistisch kort is”. Dat verschilt per zaak, afhankelijk van de inhoud en de omvang van het verzoek en de wijze waarop naar de documenten moet worden gezocht.
Wilt u meer weten? Volg onze cursus Wet open overheid: transparantie en toegankelijkheid.